directeur

Cito-toets in groep 8 komt eraan

De Cito-toets in groep 8 komt eraan op OBS Prisma. Niet de echte toets, natuurlijk, want die is pas in april. Maar wel de proefcito. De kinderen in groep 8 maken op 23, 24 en 25 november de Proef Cito-toets. Dat is de Cito-toets die vorig jaar werd afgenomen. Het doel van deze Proefcito is om ons als school een beeld te geven van het niveau van de leerlingen. Scoren zij havo? Dan is dat wellicht mee te nemen in het adviesgesprek van februari. Scoren zij ineens lager dan zij altijd al gedaan hebben? Dan is dat ook goed om te weten.

De Cito-toets is altijd een spannende tijd. Een spannend moment voor de kinderen en hun ouders. Hoe kunt u uw kind nu het beste voorbereiden op de Cito-toets?

Natuurlijk doen wij er alles aan om hier op school kinderen voor te bereiden op de Cito-toets, maar u kunt zelf ook helpen door de Cito te oefenen met uw kind. De Cito-toets oefenen kan door het  gebruik van goed materiaal, zoals dat op www.bureaubijles.nl. Door te oefenen leren kinderen wennen aan de vraagstelling van de Cito-toets en ook leren ze waar hun sterke en minder sterke punten nog liggen.

Het oefenen hoeft natuurlijk niet te gebeuren voor de Proefcito, maar kan al wel helpen. Wilt u zeker weten dat u het beste resultaat uit de Cito-toets haalt? Dan is oefenen wellicht een goede optie.

 

Tijdlijn, na de Proefcito

Voor ouders is het soms lastig om helemaal te volgen wat er nu gaat gebeuren. De Proefcito, de Cito-toets, het schooladvies enzovoorts. Het zijn termen die u om de oren vliegen en we scheppen graag even wat orde in de chaos. Daarom deze tijdlijn.

November: de Proefcito

De kinderen van groep 8 maken de Proefcito. Deze wordt door de leerkracht van groep 8 zelf nagerekend en omgescoord naar een voorlopig schooladvies. Dat ontvangt u in de week van 1 december telefonisch. Mocht er aanleiding toe zijn, dan wordt u uitgenodigd op gesprek.

December: ouderavond

Op 4 december vindt de ouderavond voortgezet onderwijs plaats. U bent vanaf 19.30 uur van harte welkom op school. Onder het genot van een kop koffie en een koekje kunt u luisteren naar de heer Verwegge van het Stedelijk Lyceum. Hij komt al vele jaren vertellen over de overgang van het basis- naar het voortgezet onderwijs. Alle vragen die u nog heeft, kunt u ook aan hem stellen.

Februari: adviesgesprekken

Zoals u van ons gewend bent, volgen in februari de adviesgesprekken voortgezet onderwijs. U wordt uitgenodigd voor één van de drie avonden. U krijgt dan, samen met uw kind, te horen welk advies de school geeft. Dit advies is in de meeste gevallen bindend. U kunt met dit advies in februari langsgaan op scholen en open dagen en uw kind, samen met ons, inschrijven op de school van keuze. Mocht u nog behoefte hebben aan een los gesprek naar aanleiding van de startgesprekken, dan kunt u dat aangeven bij de leerkracht.

Maart: inschrijving rond

De inschrijving voor het voortgezet onderwijs moet in maart rond zijn. De leerkracht neemt hierin het voortouw en zal u oer mail en brief informeren. U zet vervolgens de stappen en de leerkracht maakt de aanmelding via de digitale weg in orde. U krijgt niet veel later – vermoedelijk begin april – een bevestiging.

April: de Cito-toets

De Cito-toets vindt voor de tweede keer plaats in april. Kinderen van groep 8 maken die toets. Als de toets heel erg afwijkt van het schooladvies, kan er over een aanpassing worden gesproken. Ook al is een kind al geplaatst. Dit geldt alleen voor hoger uitvallende Cito-scores. Scoren kinderen lager, dan worden zij niet in een lagere klas geplaatst. Hierover kunt u wederom in overleg met de leerkracht groep 8.

De Cito-toets gaat voor kinderen in groep 8 dus volgende maand van start met de Proefcito. Voor ouders het ideale moment om zich te verdiepen in de wereld van het voortgezet onderwijs. Nuttige websites die u raad kunt plegen zijn de volgende:

Mijn kind naar het VO, wat nu?

Hoe kies ik een goede school voor mijn kind?

Bewaren

Bewaren

Een goede rekenles

Een goede rekenles kan heel veel positieve gevolgen hebben voor kinderen. Want wanneer een rekenles goed wordt gegeven, zullen de leerresultaten optimaal zijn.

Waar moet een goede rekenles vandaag de dag aan voldoen? Er zijn veel verschillende opvattingen over, maar een aantal opvattingen kent overlap. De belangrijkste factoren voor een succesvolle rekenles staan hieronder op een rijtje.

 

Instructie moet aanspreken

De instructie van de leerkracht tijdens de instructielessen moet van een hoog niveau zijn. Dat betekent natuurlijk dat de leerkracht de stof zelf optimaal beheerst en op allerlei manieren kan insteken op de vraag van zijn leerlingen.

De instructie moet daarbij aanspreken en dus in de belevingswereld van de kinderen passen. Een les over de markt zal meer aanspraken dan een les over de beurs van China, gewoonweg omdat kinderen zich daar geen beeld bij kunnen vormen.

Variatie in instructie is een groot voordeel. Dus niet alleen klassikaal, maar ook in groepjes en met een digibord instrueren zal zeker zorgen voor betrokken leerlingen. En dus ook voor leerlingen die weten wat ze moeten doen.

 

Benoemen van het doel

Kinderen kunnen zelf voor een deel verantwoordelijk worden gesteld voor het volgen van de les. Door het doel te benoemen stelt de leerkracht voor wat hij van de kinderen verwacht. De kinderen dragen er zelf voor dat ze dit doel behalen en uit de les halen wat voor dat doel van belang is.

De leerkracht dient dit doel te controleren. Zie ook verderop in dit artikel, het stukje over controleren.

 

Individuele handelingsplannen

Rekenen is een breed begrip. Er vallen allerlei strategieën en categorieën onder rekenen. Het is goed om van kinderen in de klas te weten waarop ze uitvallen en waar ze nog hulp behoeven. Een individueel handelingsplan per kind kan daarbij van cruciaal belang zijn.

Al is het maar dat de leerkracht op zijn tafel een overzicht heeft van welke kinderen nog moeite hebben met een bepaalde categorie. Zo kan hij, wanneer de categorie aan bod komt, inspelen op de individuele leerbehoefte van het kind.

Het individuele leerplan kan ook helpen om een leerling goed te volgen en te kijken waarop hij nog hulp of desnoods remedial teaching behoeft.

 

Afwisseling tussen instructie en zelfstandig werken

De afwisseling tussen instructie en zelfstandig werken moet optimaal en in balans zijn. Als kinderen niet de kans krijgen om hetgeen in de instructie aan bod kwam zelf te verwerken, zal de stof wegzakken en weten de kinderen na een tijdje niet meer wat ze ermee moesten.

Bijvoorbeeld door eerst een paar sommen samen te doen en de kinderen daarna alleen aan de slag te gaan, komt de leerkracht hier al aan tegemoet. Het oefenen kan klassikaal, in groepjes en individueel gebeuren, maar net waar de behoefte ligt.

 

Rekenspelletjes als opwarming

Iets wat goed werkt is een opwarming met de hele klas. Een simpele opgave die de rekenhersenen weer in gang zet, zorgt ervoor dat kinderen gefocust en betrokken deelnemen aan de les die komen gaat. Een goede opwarming kan dan ook heel veel schelen op het verdere verloop van de rekenles.

 

Controle

Tot slot is controle belangrijk. In vakjargon wordt ook wel van de evaluatie van de les gesproken. Hoewel tijd vaak een issue is, is het zinvol om aan het einde van de les te controleren welke kinderen het doel behaald hebben en welke niet. Vraag het na en controleer het in de schriften. Is het nog niet helemaal door iedereen begrepen? Dan is het wellicht verstandig om een volgende les op het thema terug te komen.

 

Rekenen op OBS Prisma

Op onze basisschool werken we sinds kort met de methode RekenRijk, een methode die werd uitgegeven door Noordhoff Uitgevers. We hebben ons door een erkend rekenadviesbureau laten begeleiden in het geven van goede rekenlessen.